Een warmtepomp haalt warmte uit de buitenlucht, bodem of grondwater en zet deze om in energie voor het verwarmen van een woning. Het systeem gebruikt een koudemiddel dat door verdamping, compressie, condensatie en uitzetting warmte opneemt en afgeeft. Moderne warmtepompen zijn ontworpen om in allerlei temperaturen betrouwbaar te functioneren, zelfs bij extreme kou. Ze zijn bijzonder effectief in combinatie met vloerverwarming, die zorgt voor gelijkmatige warmte en ook kan koelen in de zomer.

Een warmtepomp onttrekt warmte van een warmtebron, namelijk de buitenlucht, de bodem of het grondwater. De temperatuur van die omgevingswarmte is echter te laag om ze voor verwarming te gebruiken. Om de omgevingswarmte te verhogen, wordt er in de warmtepomp een ingewikkeld proces uitgevoerd.

In dit proces wordt een koudemiddel in een gesloten kringloop door de warmtepompinstallatie gecirculeerd. Een koudemiddel is een natuurlijke of synthetische stof met een heel laag kookpunt, dat zowel in vloeibare als gasvorm voorkomt gedurende het proces. In deze kringloop doorloopt het koudemiddel vier fasen, waarbij het een aantal belangrijke componenten in de buitenunit passeert, waaronder twee warmtewisselaars (de verdamper en condensor) de compressor en het expansieventiel.

Na het opnemen van warmte uit de omgeving, begint het koudemiddel in de verdamper te verdampen. Dit gebeurt omdat het koudemiddel warmte absorbeert, zelfs bij lage temperaturen. Het nu gasvormige koudemiddel wordt vervolgens naar de compressor geleid. In de compressor wordt het gas samengeperst, waardoor de druk en de temperatuur stijgen. Dit verhoogt de warmte van het koudemiddel tot een niveau dat geschikt is voor het verwarmen van een woning.

Het hete, onder druk staande gas stroomt vervolgens naar de condensor, waar het zijn warmte afgeeft aan het verwarmingssysteem van de woning, zoals radiatoren of vloerverwarming. Tijdens dit proces koelt het koudemiddel af en condenseert het weer tot een vloeistof. Het expansieventiel verlaagt vervolgens de druk van het vloeibare koudemiddel, waardoor het weer klaar is om opnieuw warmte op te nemen in de verdamper.

Een hybride warmtepomp is een systeem waarbij een warmtepomp en een traditionele cv-ketel op aardgas samenwerken om de woning en het tapwater zo efficiënt mogelijk te verwarmen. De cv-ketel verwarmt het tapwater en het grootste deel van het jaar zal de warmtepomp de woning verwarmen. De cv-ketel springt alleen bij als dat nodig is, bijvoorbeeld bij zeer koud weer.

De warmtepomp die in een hybride opstelling wordt gebruikt is een lucht-water warmtepomp. Dit type haalt energie uit de buitenlucht en zet dit om in warmte dat kan worden gebruikt voor het verwarmen van de woning. Verwarmen met een hybride warmtepomp kan met vloerverwarming en traditionele radiatoren.

Een lucht-water warmtepomponttrekt warmte uit de buitenlucht en zet deze om in bruikbare energie voor het verwarmen van een woning en tapwater. Deze warmtepompen kunnen worden gebruikt in een hybride opstelling (met een cv-ketel) of volledig elektrisch.

Een split-systeem bestaat uit een buitenunit die de warmte uit de lucht absorbeert en een binnenunit die deze warmte overdraagt aan het water in het verwarmingssysteem van de woning. De buitenunit bevat een speciaal vloeistof (koudemiddel) die verdampt en warmte opneemt. Deze warme damp wordt samengeperst, waardoor de temperatuur stijgt. Vervolgens geeft de damp zijn warmte af aan het water in het verwarmingssysteem van de woning. Daarna koelt de damp af, verandert weer in vloeistof en begint het proces opnieuw.

Een warmtepomp met vloerverwarming geeft zijn warmte af aan het water in de leidingen van de vloerverwarming. Dit water heeft doorgaans een temperatuur van ongeveer 30-40 graden Celsius, in tegenstelling tot radiatoren die vaak water van 60-70 graden Celsius nodig hebben. Een vloerverwarming in combinatie met een warmtepomp is niet alleen efficiënt, maar ook nog eens comfortabel door de gelijke warme straling.

Naast verwarmen met vloerverwarming, kan deze ook worden gebruikt om in de zomermaanden te koelen met een warmtepomp. De werking van een warmtepomp wordt hierbij omgekeerd, waarbij er koud water door de leidingen stroomt. De temperatuur in de kamer kan door dit proces een paar graden afkoelen. Houd er rekening mee dat koelen met een lucht-water of grondgebonden warmtepomp enkel mogelijk is in combinatie met vloerverwarming en niet met radiatoren.

Een warmtepomp kan het hele jaar door verwarmen, ook in de winter. De warmtepompen van Vaillant worden getest in extreme omstandigheden om hun efficiënte werking in allerlei klimaatomstandigheden te garanderen. Een van de ruim 300 tests simuleert temperaturen van -25 tot +48 graden Celsius in onze speciale klimaatkamer.

Door deze uitgebreide tests werken de verwarmingsfuncties van onze lucht-water warmtepompen van -25 graden Celcius tot +43 graden Celcius. In de winter werkt een warmtepomp op dezelfde manier, maar kan de efficiëntie afnemen. Door de lagere temperaturen moet de warmtepomp harder werken om de warmte te onttrekken uit de energiebron. Dit is vooral het geval bij een lucht-water warmtepomp die gebruikmaakt van de buitenlucht. Een water-water warmtepomp en grond-water warmtepomp maken gebruik van grondwarmte, wat een stabielere temperatuur heeft en daardoor in de winter makkelijk voor warmte kan zorgen.

Kies je voor een Vaillant? Dan geniet je het hele jaar door van een comfortabele woning en bespaar je ook nog eens op je energiekosten. Bovendien komen onze lucht-water warmtepompen door hun hoge energielabel voor verwarming ook nog eens in aanmerking voor een aanvullende subsidie.